De “verdrager” (masochist)

Ontstaansfocus: 2 jaar – 4 jaar (peuterpubertijd)

Vanaf 2 jaar leert het kind dat het de vrije beheersing heeft over allerlei tegenstellingen. Het kind leert zindelijk worden. Het leert vasthouden en loslaten. Het leert vies en schoon, ja en nee, 'zelf-doen' en 'mama of papa doen', enzovoorts. De behoefte van het kind is dit in vrijheid te mogen verkennen.

Mag dat niet doordat de ouders vinden dat het kind zich aan de regels moet houden (of als er geen beschermende regels zijn) dan gaat het kind zich beschermen. Dit doet het door expressie (ja/nee-zeggen) in te houden. Het uit zich niet meer. Ondertussen wordt wel een lading (boosheid) opgebouwd in het lichaam.

Op volwassen leeftijd zijn dit harde werkers, mensen die veel geven, en mensen die het gevoel hebben van alles te moeten.

Het lichaam

Het lichaam is vaak gedrongen. Er zit een spanning in de anus, billen en tegelijktijd in de keel en schouders. Er komt van onder en van boven niks uit. Het lichaam heeft veel lading en is hierdoor vaak warm.

Primaire verlies

Vrijheid, expressie mogen geven, uiten van jezelf in een: ja ik wil, of nee ik wil niet.

Secundaire winst

Hard kunnen werken, veel aan anderen geven, warmte.